Beenbreuk

Ongevallen met motorvoertuigen en sportongevallen vormen waarschijnlijk de meest voorkomende oorzaken van beenletsel. Ook een val van een hoogte, waarbij de persoon in kwestie op zijn/haar benen terechtkomt, kan letsel veroorzaken. Onder beenletsel rekenen we o.a. fracturen van het hielbeen aan beide zijden, fracturen van het bovenste deel van het scheenbeen en het dijbeen, dislocatie van het heupgewricht en kneuzing van de wervelkolom.

Fracturen treden op wanneer de belasting op een bot groter is dan de kracht van het bot. Een fractuur kan zich voordoen als gevolg van letsel, herhaalde belasting (vooral bij topsport), en bij botziekten. De botten van jonge mensen zijn zeer flexibel; ze buigen en kunnen vervolgens ontwricht raken of gedeeltelijk breken, in plaats van gewoon te breken bij overbelasting. Dit wordt een gedeeltelijke of ‘greenstick’-fractuur genoemd.

Behandeling van beenfracturen 

Een medische beoordeling en röntgenfoto’s zijn nodig om de fractuur te bevestigen en om de behandeling te helpen vaststellen. Afhankelijk van het type fractuur aan het been kan een van de volgende behandelingsvormen worden gebruikt.

Bij een fractuur die niet verplaatst is, kan een spalk of gipsverband worden gebruikt. Bij bepaalde verplaatste fracturen kan het nodig zijn metaaldraad of pennen te gebruiken om ze in de juiste stand te houden. Dit wordt gesloten reductie en interne fixatie genoemd.

Bij andere fracturen is een chirurgische ingreep nodig. Wanneer de botfragmenten zijn gezet, worden ze bij elkaar gehouden met pennen, platen of schroeven. Zo nu en dan ontbreken er botdelen of zijn ze verbrijzeld, zodat ze niet gerepareerd kunnen worden. In dergelijke gevallen kan een bottransplantatie noodzakelijk zijn. Hierbij wordt bot uit een ander deel van het lichaam weggenomen om meer stabiliteit te bieden. Fracturen die zijn gezet, kunnen op hun plaats worden gehouden door een ‘fixateur externe’. Dit is een reeks metalen staven buiten het lichaam die, boven en onder de plek van de fractuur, zijn vastgemaakt aan pennen, die weer zijn verankerd in het bot. Ze blijven daar zitten totdat de breuk is genezen.

Complicaties van beenletsel – of fractuur 

Complicaties kunnen optreden in de buurt van het letsel. Ze kunnen ook optreden in andere organen of orgaansystemen, zoals de longen, de lever en het bloed.

De belangrijkste complicatie is wanneer de bloedsomloop rond het letsel stagneert. Bij spierletsel gaat de druk binnen het gebied omhoog totdat die zo hoog wordt dat hij de bloedtoevoer naar de ledematen afsnijdt.

Andere complicaties die in een later stadium kunnen optreden zijn infectie van het bot (osteomyelitis), en het niet of slecht helen van de breuk.